Rijp & IJzel

Infraverstoringen bij IJzel en Rijp

Als gevolg van ijzel of rijp ontstaat er een ongelijkmatige, isolerende ijsafzetting op de bovenleiding. Deze ijslaag veroorzaakt korte stroomonderbrekingen voor de trein wat vonkvorming en een hoog risico op schade aan bovenleiding en/of uitval van tractievoertuigen tot gevolg heeft.

Nederland kent een relatief lage bovenleidingspanning van 1500-1800Volt.  Een te dikke ijslaag (bijvoorbeeld na ijzel) isoleert soms zo veel (soms meer dan 1000Volt!) dat de spanning op de stroomafnemer te laag wordt en de treinen simpelweg niet meer kunnen rijden.

In landen als Zwitserland en Oostenrijk is de bovenleidingspanning 15.000Volt. Hier vormt zo’n isolatielaag van ‘slechts 1000V’ veel minder een probleem dan in Nederland omdat een trein daar met 14.000Volt nog prima uit de voeten kan.

Flitsservice

Voor een optimale stroomafname dient het sleepstuk van de stroomafnemer van een trein met een constante druk tegen de bovenleiding geduwd te worden.  Bij overmatige ijsafzetting aan de onderkant van de bovenleiding wordt telkens het contact tussen het sleepstuk en de bovenleiding  onderbroken omdat de stroomafnemer telkens een stukje van de rijdraad geduwd wordt. De ijslaag isoleert waardoor ook de elektriciteit naar de trein onderbroken wordt. Een felle vonk is hiervan het gevolg en het voertuig heeft even geen stroom.

Dergelijk vonken kunnen schadelijk zijn voor de infra (breuk van de bovenleiding) en voor het materieel waarbij men moet gedacht worden van ernstige schade aan de stroomafnemer en bij modern materieel storing in de elektronica van de tractie-installatie en mogelijk zelfs ernstiger schade omdat brokken gloeiend materiaal op de trein vallen.

Warmstoken en wegschrapen

‘Vroeger’ hadden elektrische treinen geen of nauwelijks elektronica aan boord. De motoren werden tijdens het optrekken van de trein met weerstanden geschakeld, een proces dat veel minder economisch met energie omgaat dan moderne treinen. Zo’n ‘oude’ trein vroeg dus af en toe meer stroom dan zijn moderne opvolger.  Of te wel: de moderne treinen zijn net als auto’s en (LED-)lampen een stuk zuiniger geworden.

Van het ‘bijeffect’ dat de bovenleiding ‘s winters warmer werd dan tegenwoordig werd in de winter dankbaar gebruik gemaakt omdat hiermee bovenleiding relatief eenvoudiger ijsvrij te houden was.

Het relatief hoge stroomverbruik bij lage snelheden zorgde/zorgt voor meer (lokale) verwarming van de rijdraad van de bovenleiding dan bij modern materieel. Smeltwater komt als waterdruppels aan de bovenleiding te hangen en wordt weggeveegd door de stroomafnemer.

Bij winterse omstandigheden reden treinstellen en locomotieven ‘vroeger’ zoveel mogelijk met meerdere stroomafnemers op, zodat het water en het zacht geworden ijs van de draden kon worden geschraapt en de draad mooi schoon en droog gereden werd.

Anno nu is deze methode slechts beperkt te gebruiken omdat treinen met dit verouderde motorsturingssysteem zowat zijn ‘uitgestorven’.

Nederland kent nog slechts beperkte inzet van weerstandsgestuurd materieel. Naast de bekende gele stoptreinen ‘plan V’ van de Nederlands Spoorwegen is er nog een viertal van weerstandsgestuurde locomotieven (in dienst sinds de jaren ‘50) in actieve dienst bij een kleine vervoerder.

Dit viertal is via SHSrail in te zetten ter bestrijding van ruige rijp en ijzel op de bovenleiding. Deze locs zijn inzetbaar voor zowel het schrapen van bovenleiding als het wegslepen van gestrand materieel.

En ook hier geldt dat u ons alleen hoeft aan te geven waar en wanneer we er moeten zijn. De rest regelen wij voor u.

Naast bovengenoemde voertuigen heeft ons land nog een klein dozijn aan bewaard gebleven historisch materieel dat voor inzet van het ijsschrapen  in aanmerking kan komen. Dit historische materieel is tegenwoordig  eigendom van diverse museumpartijen die, verspreid over heel Nederland allen in principe bereid zijn om een bijdrage te leveren aan ijsbestrijding.

Net als bij het roestrijden geldt hier dat de inkomsten uit het ijsschrapen te goede komen van het behoud en instandhouding van (ander) Railerfgoed. Op deze wijze dragen de veteranen van het spoor bij aan de continuïteit en de beschikbaarheid van het spoor.

Voor meer informatie neemt u contact op met:

ijzel@stichtinghollandspoor.nl

 

IJzelrijden in het nieuws (5 jan ’16)